Eerste Kennis- en netwerkdag PMG/Platform31

6622 keer bekeken {0} reacties

Op 16 maart organiseerden we, samen met Platform31, voor alle leden een kennis- en netwerkdag in Barneveld. Deelnemers gingen aan de slag met actuele vraagstukken in de middelgrote gemeenten en bekeken de mogelijkheden om hun rol en positie te versterken.

Impressie kennis- en netwerkdag Platform Middelgrote Gemeenten

 

Onder begeleiding van Henk Jan Bierling van Platform31 zijn deelnemers uit ca. 17 gemeenten aan de slag gegaan met actuele vraagstukken in de middelgrote gemeenten en is vooral gekeken welke mogelijkheden zij hebben om hun rol en positie te versterken. Hieronder volgt een impressie van de middag.

 

Opening Asje van Dijk – burgemeester Barneveld

“U kent ons van de kippen en de eieren.” Zo begint Asje van Dijk, burgemeester van gastgemeente Barneveld, zijn welkomstwoord. Via de bible belt, de calvinistische ethiek van hard werken en loyaliteit waar Max Weber al over schreef, de groei van het aantal inwoners en arbeidsplaatsen in de gemeente en de zeer ondernemende bevolking in Barneveld (“na Amsterdam verhoudingsgewijs de meeste zzp’ers!”) komt dhr. Van Dijk uit bij de situatie van middelgrote gemeenten in het algemeen. Zoals ook in het magazine MidsizeNL wordt betoogd, is het voor veel middelgrote steden een dubbeltje op z’n kant. Daarom is het volgens dhr. Van Dijk zaak om de gevleugelde uitspraken van Tom Poes en Olivier B. Bommel in willekeurige volgorde ter harte te nemen: “Tom Poes, verzin een list” en “Heer Bommel, in ’s hemelsnaam doe iets!”. Hij wijst erop dat de grote steden de wijsheid in pacht denken te hebben: de grote stad gaat het maken en ‘majors rule the world’. Voor de kleinere steden is het zaak om binnen hun daily urban systems de samenwerking aan te gaan met maatschappelijke partners en ketenpartners binnen de triple helix. Door je als kleine stad verstandig te specialiseren is het mogelijk de nadelen van het gebrek aan schaal te overkomen. Gelukkig staan veel middelgrote steden zeker niet onderaan op de verschillende lijstjes.

Welkom Koos Janssen – burgemeester Zeist en voorzitter PMG

Als voorzitter van het Platform Middelgrote Gemeenten benadrukt dhr. Janssen de diversiteit aan middelgrote steden in Nederland. Binnen het netwerk kunnen de leden van het PMG veel van elkaar leren. Juist als middelgrote stad kun je niet overal op excelleren en daarom is het zaak keuzes te maken. Benut daarom de kracht van buiten en binnen de organisatie en neem ook je collega’s (collegeleden, raadsleden, ambtenaren) mee naar bijeenkomsten van het PMG, zo is de oproep van dhr. Janssen. Middelgrote steden onderscheiden zich door het ontbreken van de agglometrienadelen van de grote steden (files, drukte, lawaai, luchtvervuiling, weinig groen) en door hun nabijheid en innovatievermogen. We zijn niet de gemeenten van de uitersten. Het midden is een beetje verwaarloosd omdat de uitersten de voorpagina halen. Maar juist het ontbreken van negatieve uitersten (zoals soms in de grote steden) kan als een sterkte beter geprofileerd worden. Omdat het voor veel steden een dubbeltje op z’n kant is, moeten we de slimste dingen op de beste manier doen waaronder een veel beter verhaal en een sterkere profilering. Het PMG is daarom de samenwerking met Platform31 aangegaan om het PMG op weg te helpen bij het delen en uitwisselen van kennis.

Hamit Karakus – directeur Platform31

In de aanloop naar de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst tussen het Platform Middelgrote Gemeenten en Platform31 geeft Hamit Karakus, directeur van Platform31, een korte toelichting. “Het is de taak van Platform31 om kennis te ontwikkelen, anderen daarbij te betrekken en kennis breed te delen. Wetenschap vertalen naar de praktijk en praktijkonderzoek en experimenten uitvoeren op maatschappelijke vraagstukken als radicalisering, het vluchtelingenvraagstuk en andere actuele thema’s. Platform31 werkt veel voor en heeft goede contacten met de ministeries. Via het uitgebreide partnernetwerk ontsluiten en delen wij kennis zo breed mogelijk. Samenwerken op lokaal en regionaal niveau is immers geen luxe meer. Samen kennis ophalen is goedkoper. Daarbij is openheid naar elkaar van groot belang. Wij horen dan ook graag wat de thema’s zijn die bij middelgrote steden spelen. Benader ons, geef het door binnen uw organisaties dan gaan we in gesprek en maken we van de samenwerking tussen het PMG en Platform31 een succes.”

Ondertekening samenwerkingsovereenkomst

Het Platform Middelgrote Gemeenten en Platform31 zijn de samenwerking aangegaan rondom de ontwikkeling, uitwisseling en verspreiding van kennis over de vraagstukken van middelgrote steden. In het bijzonder gaat het om de vraagstukken van de PMG-pijlers ‘bestuur’, ‘economie en fysieke leefomgeving’ en ‘samenleving’. Tijdens de kennis- en netwerkdag is daartoe door Koos Janssen en Hamit Karakus een samenwerkingsovereenkomst ondertekend.

Presentatie Jeroen Niemans – senior projectleider Platform31

Eén van de programma’s waarop het Platform Middelgrote Gemeente en Platform31 nauw samenwerken is het kennis- en inspiratietraject MidsizeNL. In 2016 draagt het PMG actief bij aan de uitvoering van dit traject waarin een handelingsperspectief wordt geboden voor economische en sociale veerkracht van de middelgrote steden in Nederland. Op basis van het magazine MidsizeNL presenteert Jeroen Niemans 7 trends die van invloed zijn op de middelgrote steden in Nederland en verschillende vragen die de steden zich zouden moeten stellen. Hij sluit zijn presentatie af met enkele aanbevelingen voor een agenda voor de toekomst van middelgrote steden.

Impressie workshops

In drie interactieve workshops wordt dieper ingegaan op enkele urgente uitdagingen waar veel middelgrote steden aan werken.

Vitale binnensteden: handelingsperspectieven en vernieuwende concepten

In veel binnensteden, zeker in middelgrote gemeenten, zal de winkelfunctie op korte tot middellange termijn een minder dominante rol krijgen dan de afgelopen decennia. In de sessie Vitale binnensteden verkenden we de gevolgen van deze trends voor binnensteden van middelgrote gemeenten. Arjan Raatgever van Platform31 schetst in een presentatie de dominante trends. Consumenten kiezen vaker om hun niet-dagelijkse boodschappen te doen in grotere steden en winkelen steeds meer online. In de tussentijd vergrijst de bevolking en zijn er ontwikkelingen in technologie, mobiliteit, werk en woonvormen die invloed hebben op onze tijdsbesteding. De hoofdvraag voor middelgrote gemeenten luidt: moet je in je binnenstad de met dominante winkelfunctie blijven beschermen, of kiezen voor een ander binnenstadsprofiel? En wat voor profiel zou dat dan kunnen zijn? De aanwezige middelgrote gemeenten herkennen deze trends en willen hierop acteren. Veel gemeenten bevinden zich in een fase waarop keuzes moeten worden gemaakt. De meeste gemeenten willen dit niet alleen doen. Stevige samenwerking met de retail-, vastgoed-, cultuur- en recreatiesector en met inwoners van de stad wordt als noodzakelijk gezien om tot voldoende draagvlak en investeringen te komen. Gezien de hoeveelheid belangen en partijen is dit een stevige procesopgave. Dilemma’s die de (middelgrote) gemeenten daarbij ervaren: Hoe zorg je in zo’n publieke-private samenwerking dat noodzakelijke, toekomstgerichte keuzes – wat betreft branchering, onderscheidende uitstraling, bereikbaarheid – wél worden gemaakt? Laten we de markt zijn beloop of gaan we ook publieke middelen investeren? En zo, waarin dan? In het verhogen van de organisatiegraad, fysieke herstructurering, verplaatsingssubsidies om winkeliers naar het centrum te lokken of andere aanpakken?

DNA van de stad en positionering in de regio

Om als middelgrote gemeente optimaal te kunnen profiteren van de nabijheid van andere gemeenten is het van belang om het DNA van de eigen gemeente als uitgangspositie te nemen. De sterke onderscheidende kenmerken van de gemeente zijn namelijk mede bepalend voor de positionering binnen de regio. Het is hierbij van belang dat gemeenten durven te kiezen. In het bijzonder bestuurders van middelgrote gemeenten moeten het streven naar een complete stad leren los te laten. In de workshop werden met de deelnemers ook de mogelijkheden van ‘borrowed size’ besproken: in hoeverre kunnen gemeenten massa en functies van elkaar lenen om op deze manier op het regionale schaalniveau een aantrekkelijk en gevarieerd aanbod van functies te kunnen bieden? De deelnemers merkten op dat met name het delen van voorzieningen vaak op veel emoties stuiten bij de burgers en hierdoor ook bij de gemeenteraad. De emotie kan een discussie over voorzieningen een andere kant op sturen, argumenten tellen dan niet meer mee. In het openbaar bestuur lijden wij meer aan de allergie en animositeit tussen gemeenten dan bewoners, maatschappelijke partners en het bedrijfsleven. Iedereen heeft het liefst én een bibliotheek én een zwembad én een theater in de buurt en delen deze voorzieningen liever niet met de buurgemeenten als dit zou betekenen dat zij voor deze voorzieningen naar een andere gemeente zouden moeten. Voor middelgrote gemeenten is het een uitdaging om met deze emoties om te gaan en de voorzieningen op het regionale schaalniveau beschikbaar en bereikbaar te houden. Daarvoor is het zaak dat bestuurders werken aan goede onderlinge verstandhoudingen en er een lange termijn agenda, dus over bestuursperioden heen, wordt geformuleerd.

Bestuurskracht en regionale samenwerking

In een gemengd gezelschap van bestuurders, een gemeentesecretaris en strategische beleidsadviseurs hebben de deelnemers ervaringen, tips en inzichten uitgewisseld over regionaal samenwerken. De uitdagingen die de deelnemers schetsen om voldoende stuurkracht in regionale samenwerking te realiseren worden breed herkend. Hoe verbreed je de samenwerking tussen publieke partijen naar andere maatschappelijke partners, bijvoorbeeld binnen de triple helix? Hoe kom je van “regionaal denken is verlengd lokaal bestuur” naar werkelijk regionaal denken en doen? Wat zijn eigenlijk de effecten van regionale samenwerking: hoe kun je als middelgrote gemeente door middel van regionaal samenwerken de eigen doelen realiseren en krijgen wat je wilt? Hoe zorg je er voor dat men elkaar in de samenwerking iets gunt en dat niet alles langs de euromeetlat wordt gelegd van wat krijgen wij terug van ons geld? Hoe ga je met elkaar om en wat is je rol en positie als middelgrote gemeenten ten opzichte van de centrumstad? Voor diverse deelnemers is de profilering ook een lastig probleem. Wie of wat zijn wij (zelfstandig en in regionale samenwerking) en wat is ons profiel?

In enkele regio’s gaat samenwerking zo moeizaam dat het soms als doel op zich lijkt te worden geformuleerd. Het blijkt daar lastig om tot een gedeelde urgentie te komen en gezamenlijk uitvoeringskracht te ontwikkelen. Om "wat kost het ons en wat krijgen wij daarvoor terug" niet steeds de discussie te laten domineren. Daar waar de samenwerking tot onvoldoende maatschappelijk effect leidt, wordt dit als bestuurlijke drukte ervaren. In de regio Utrecht is er daarom juist voor gekozen om de regionale samenwerking niet zwaar op te tuigen. Per thema varieert de gemeente Zeist in schaal en tijd: er zijn geen uniforme verplichtingen en de gemeente is geen gevangene van een samenwerkingsverband. Als gemeenten moet je je immers lokaal verantwoorden. Waardevol is dat gemeenteraadsleden binnen de regio Utrecht elkaar ook ontmoeten en plannen en ontwikkelingen op elkaar worden afgestemd.

Flexibiliteit en ad hoc samenwerken versus structuur, vastigheid en enige mate van institutionele permanentie is voor veel gemeenten een belangrijk dilemma. Maatschappelijke partners willen immers het liefste één loket voor hun samenwerking met gemeenten. Dit kan er voor pleiten om een institutioneel, formeel samenwerkingsverband, waarbij de overheid zich voor de andere partners als één overheid presenteert te blijven afwegen.  Maar de tendens van de laatste jaren is juist dat gemeenten zich vrijwillig en in vrijblijvende vormen (coalition of the willing) organiseren. De vorm van regionaal samenwerken moet je niet verwaarlozen, maar het gaat om de inhoud. Door deelnemers wordt gewezen op het belang van persoonlijke gedrevenheid van sleutelspelers. Richt de energie op de gedeelde ambitie, breng focus aan in het profiel en maak het concreet.

Paneldiscussie

Tijdens de afsluitende plenaire discussie zijn de panelleden Rik Gommers (wethouder Winterswijk), Roelof van Netten (secretaris Papendrecht), Koos van Dijken en Jeroen Niemans (Platform31) dieper ingaan op hetgeen in de workshops aan de orde is gekomen. Samenvattend kwamen daar de volgende conclusies uit naar voren:

  • Onderscheidend zijn is de grote uitdaging voor binnensteden. Dit betekent goed luisteren naar wat consumenten willen en dat helpen mogelijk maken. Beleving en meer samenwerking tussen ondernemers is daarbij cruciaal.
  • Van doorslaggevend belang is de persoonlijke gedrevenheid, het commitment, de ambitie en de trots van bestuurders en van ondernemers en anderen die als ambassadeur van de regionale samenwerking kunnen optreden.
  • De urgentie en noodzaak van regionaal samenwerken moet voldoende duidelijk zijn (het is een dubbeltje op zijn kant voor de middelgrote gemeenten en het kwartje - van de noodzaak - moet gaan vallen). Neem daarbij het perspectief van de inwoners en bedrijven als uitganspunt.
  • Breng focus aan in de samenwerking en maak bijvoorbeeld één onderwerp succesvol, leer elkaar kennen en vertrouwen en bouw het dan eventueel uit.

 

 

Cookie-instellingen